Gezondheid

Lokale voedselproductie: winst voor iedereen

Boeren denk na!

Inhakend op de frustraties over de grondonteigening van boeren en de vaak waardeloze fabrieksvoeding die ons wordt aangeboden (inclusief insecten), wil ik pleiten voor de weg naar een lokale productie van voeding.

In grote lijnen gaat hier om een essentiële herverdeling in de landbouw en veeteelt met als doel net genoeg vlees, groente en fruit te produceren om in de behoefte van de lokale bevolking te voorzien. Het is niet moeilijk om een globale inschatting te maken van de hoeveelheid vlees, groente en fruit die de gemiddelde mens gebruikt, en daar het aantal boeren op af te stemmen.

Dit betekent dat het overschot aan veeboeren met een gerust hart kan omschakelen naar landbouwer. Het vraagt weliswaar enige tijd om de grond geschikt te maken, het juiste zaaigoed te verkrijgen en zo natuurlijk mogelijk (biologisch) te gaan werken zonder pesticiden, maar dat is alles wat er voor nodig is. En als er dan veeteelt bedrijven zijn die daar niet voor voelen: dan kan die grond gebruikt worden voor het herstel of de uitbreiding van het regionale landschap.

Leefbaarheid in alle opzichten vergroten

Elke schaalverkleining brengt meer diversiteit en bedrijvigheid met zich mee. En dientengevolge ook meer sfeer en gezelligheid. Samen werken, voor iedereen samen. Dat is uitermate bevorderlijk voor de sociale samenhang en leefbaarheid in dorp of buurt.

De benodigde extra werkkracht die kleinschaligheid vraagt, zal zeker beschikbaar komen. Want in de nieuwe tijd zullen er veel ‘hoog opgeleiden’ hun zinloze baan verliezen en op de (nieuwe) arbeidsmarkt komen. Daarmee zal er ook een herwaardering plaatsvinden van het vak- en handwerk (met een beter uurloon), zodat veel mensen gestimuleerd zullen worden om ‘in de natuur’ te gaan werken voor de lokale gemeenschap.

Economische winst

Momenteel is een enorm prijsverschil tussen dat wat de producent krijgt voor het product en dat wat de consument betaalt. Het meeste geld blijft ‘hangen’ in de wereldwijde transport- en distributieketen (met alle negatieve omgevingseffecten van dien). Als die onzinnige post er tussenuit gehaald wordt, wordt iedereen er beter van. Dan kan de boer zijn inkomen met het grootste gemak verdubbelen en is de consument een stuk goedkoper uit.
Eventuele overproductie van groente (de oogsten kunnen in omvang wisselen door het weer) kan dan gebruikt worden door –eveneens een lokaal/regionaal- conserveringsbedrijfje of als veevoer.

Gezondheidswinst

Eén van de grootste (bedoelde) nadelen van Big Food is dat elke fabrieksvoeding nauwelijks voedingswaarde heeft en vol zit met chemisch/synthetische stoffen die onze gezondheid ondermijnen. Door het heft in eigen handen te nemen krijgen we hoogwaardig, vers en onbespoten eten (biologisch) waar we allemaal beter van worden. Puur en natuurlijk zijn de begrippen die onze toekomstige maatschappij in alle opzichten zullen kenmerken. Wij zullen dan ook ‘weten wat wij eten’.

Meervoudige milieuwinst

Wat dit voor het milieu betekent, is niet moeilijk te bedenken. De grond zal niet alleen productief gebruikt worden, maar ook de diversiteit in het landschap, de korte aanvoerroutes (reductie van transportlasten) en de recycling van ons eigen productieproces (waaronder het mestgebruik door omliggende kwekers en telers) zullen ervoor zorgen dat we milieu dienend zijn in plaats van milieuverontreinigend. Bovendien is kleinschaligheid per definitie een lust voor het oog en een uitnodiging om meer van onze omgeving te genieten.

Gezelligheidswinst

Meer lokale en zichtbare bedrijvigheid komt elke samenleving ten goede. Het mediterrane platteland kent dit nog op veel plekken. Meer werken op het land, kopen bij de boer, papa-mamawinkels en  boerenmarkten leiden tot een sociale samenhang die we door de mega-supermarkten en ons ‘online bestelgedrag’ niet meer kennen. Maar niets is er gezelliger dan dat.

In de toekomst, waarin we meer vrije tijd zullen hebben (onder andere door de afname van het forensische verkeer, thuiswerken, een hoger inkomen en beter betaalbare goederen) krijgt het lokaal winkelen met dagverse producten en een persoonlijk praatje dan ook zeker kans van slagen.

Terug naar de jaren ’60?

Qua sfeer en inrichting van de samenleving is dit inderdaad terug naar de jaren ’60. En dat is een groot goed. Want niemand anders dan de elite is er beter geworden van de grootschaligheid en de ‘troep’ die ze ons –ongevraagd- als enig alternatief hebben geboden.

Op dus naar Flower Power 2.0. waarin we onze dagelijkse voeding voor een eerlijke prijs op elk moment in eigen buurt kunnen halen.

Van ‘overheid’ naar zelfbestuur

Gerelateerde berichten

Geen reacties

Reageer op dit bericht

Powered by themekiller.com